Plaats broertjes en zusjes bij een uithuisplaatsing bij elkaar
Een uithuisplaatsing is voor ieder kind een heftige gebeurtenis. Je wordt als kind voor je gevoel soms “zomaar” uit huis gehaald. Niet meer slapen bij mama of papa, maar in een vaak vreemde omgeving met veel vreemde mensen die zich met jou bemoeien. In deze situaties kunnen broertjes of zusjes erg veel steun aan elkaar hebben. Het is alleen niet vanzelfsprekend dat zij ook bij elkaar geplaatst worden.
Samenplaatsing als uitgangspunt
Het is voor kinderen die uit huis geplaatst worden belangrijk om samen met broers en zussen in hetzelfde pleeggezin of gezinshuis geplaatst te worden. Zoals gezegd kunnen zij veel steun aan elkaar hebben en zo blijft ook de familieband zoveel mogelijk intact. Natuurlijk kan het ook voorkomen dat het niet in het belang van (een van deze) kinderen is om samengeplaatst te worden. Om deze reden zou het uitgangspunt bij uithuisplaatsing van meer kinderen uit hetzelfde gezin “samenplaatsing, tenzij” moeten zijn.
Als kinderen bij een uithuisplaatsing niet alleen van hun ouders, maar ook van elkaar gescheiden worden, kan er sprake zijn van een schending van het IVRK of artikel 8 EVRM. In de praktijk zien wij als advocaat jeugdrecht in de regio Alkmaar dat broertjes en zusjes niet alleen in verschillende pleeggezinnen of gezinshuizen worden geplaatst, maar ook dat het voor broertjes en zusjes bij een uithuisplaatsing vaak nauwelijks mogelijk is om onderling contact te houden. Zeker als zij (erg) jong zijn. Soms proberen gezinsvoogden mee te denken en organiseren zogenaamde brusjes momenten of brusjes dagen. Broertjes en zusjes hebben dan toch even een momentje samen. Dit biedt alleen vaak geen structurele oplossing.
Geen stok achter de deur
Kinderen en ouders hebben nu geen wettelijke bepaling waar zij op terug kunnen vallen. Omdat er geen stok achter de deur is, lopen ouders en kinderen er vaak tegenaan dat zij het contact of de samenplaatsing niet altijd kunnen afdwingen bij de rechter. Dit terwijl internationale (kinderrechten)verdragen dit wel ondersteunen.
Situatie in Nederland
Zoals gezegd is samenplaatsing van broertjes en zusjes bij een uithuisplaatsing in Nederland niet vanzelfsprekend. Sterker nog, waarschijnlijk wordt ongeveer 50% van de broers en zussen van elkaar gescheiden bij een uithuisplaatsing. Gelukkig komt er in Nederland steeds meer aandacht voor de speciale band tussen broers en zussen die uithuisgeplaatst moeten worden. Zo heeft Defence for Children een brief gestuurd over de versterking van de rechtspositie van broertjes en zusjes en hebben kamerleden de minister bevraagd over het recht op ‘samenplaatsing, tenzij’.
Als jeugdrechtadvocaat juichen wij een wettelijke bepaling waarin het uitgangspunt om broers en zussen samen te plaatsen bij een uithuisplaatsing alleen maar toe. Toch is dit alleen niet voldoende. Zo wijzen instanties zoals Defence for Children er terecht op dat er een groot tekort aan pleeggezinnen en gezinshuizen is in Nederland, waardoor er gewoonweg niet altijd plek is om broertjes en zusjes samen te plaatsen. Wij zien dit als advocaat jeugdrecht ook veel gebeuren bij uithuisplaatsingen in de regio Alkmaar.
Wij vinden het in het belang van kinderen dat zij samengeplaatst worden en het contact tussen broertjes en zusjes gewoon plaats kan vinden.
Kortom: De belangen en rechten van kinderen moeten serieus genomen worden. Een wettelijke bepaling waarin staat dat kinderen uit eenzelfde gezin in beginsel bij elkaar geplaatst zouden moeten worden, tenzij dit niet in hun belang is, zou een mooi begin zijn.